Het volgende stukje is door Ben de Bruin geschreven ter ere van het 75 jarig bestaan van HDM in  1971
en geeft de eerste levensjaren van CCG goed weer.

Hoe zit het toch met CCG (Cricket Club Groenendaal) op HDM ?
Als onderhuurder van het prachtige HDM-complex is het voor de Cricket Club Groenendaal een
eer enige letters te mogen wijden met betrekking tot de relatie met HDM.
Deze relatie bestaat voor wat CCG betreft vanaf haar oprichting in 1949.
Hockeyers die hun draai niet (meer) konden vinden bij de gevestigde cricket-clubs zoals HCC en HBS
richtten in juni 1949 CCG op.
Onder de oprichters bevonden zich prominente HDM-ers zoals Jan Mulder en Pa Visman.
Het was vooral Pa Visman, die er voor zorgde, dat CCG voor een luttel bedrag op het KLM-complex
Groenendaal mocht spelen.  Als tegenprestatie moest CCG speelgelegenheid bieden aan de toen nog
talrijke  Engelse , die gedurende een weekend in Nederland aan de grond
zaten (geld hadden ze wel). Jaarvergaderingen vonden plaats in het KLM-gebouw met consumpties
op kosten na de “Royal Dutch”, waarvan inderdaad royaal werd genoten. Op het veld wisten mannen
als Hans Couvret de bal een aardige mep te geven, terwijl o.a. Essie zijn huppelpasje heeft overgehouden
aan zijn aanloop met bowlen. Indien u nu de indruk mocht krijgen dat CCG in feite een HDM-kluppie
was dan zit u fout. De meerderhoud bestond uit ex-HCC-ers, die de winter
doorbrachten bij HHYC en TOGO, en in mindere bij HOC.
Voor de jongeren: tegenwoordig HCKZ en HGC.
Namen als Bromberg, Tiel, Kranendonk, Tekenbroek, Mellink ziet men in de ingewikkelde cricketscoring-boeken.
CCG wilde een club zijn zonder besognes van een jeugdafdeling en zonder topsport-adspiraties;
gewoon pure gezelligheid, en dan maar zien waarhet feestschip strandt.
Vandaar ook drie narrenkappen als embleem, zoals dat thans nog op de groene-witte club-vlag te zien is.
Ook CCG kende haar bunkerfeesten compleet met schiettent in de loods van de Heer Sloots.
Zonder jeugd afdeling zou CCG geen lang leven beschoren zijn zo meenden velen, doch tot verbazing,
tot vreugde, of tot ergernis van de diverse groeperingen binnen onze samenleving bestaat CCG nog steeds.
Na opheffing van de KLM-terreinen verhuisde CCG naar Klein Zwitserland, waar cricket toen nog niet
die service kreeg waarop het recht heeft, zodat na twee jaar de Roggewoning de homeground werd.
Daar sloten vele Delftse Studenten onder leiding van HDM-koeiereet Groeneboom zich bij CCG aan.
Het werd zeer gezellig daar op het HLC-veld tegen de duinen, doch helaas kreeg de heer Jochems
camping-plannen met het Roggewoning-complex.
Tijdig werden wij door cricketvader A.M.J. de Beus getipt naar een andere behuizing om te zien,
zodat gespreken met HDM geopend werden.
HDM had behoefte aan bewoning tijdens de zomer, opdat ook haar eigen leden niet voor
een gesloten deur kwamen.  Wel moest CCG een jeugdafdeling in het leven roepen.
Na een rumoerige vergadering in Den Hout onder leiding van Hans Breuning sr.  werd eind 1960 besloten
op die condities met HDM in zee te gaan. De jeugdafdeling werd een flop, slecht de jongens Wever
(de zonen van HDM’s voorzitter Jan Wever) toonde zich enthousiast, doch overigens groeide CCG tot
het ongekende aantal van 100 leden.
De ontspannen sfeer, zo kenmerkend voor CCG past incidenteel niet geheel binnen de strakkere regels
van HDM, doch welke huisbaas kent die problemen niet ?
Zo dacht CCG het complex te verrijken met een zwembad om aldus in te haken op het streven naar gezinsrecreatie.
Velen genoten hier zichtbaar van, waardoor het veldje ook door de weeks ruim bevolkt was.
CCG aan zee was dan ook een oase binnen het HDM gebeuren. Helaas, het bad moest van de “huisbaas”verdwijnen.

Zo delen HDM en CCG lief en leed en leden met een onderbreking van enkele  jaren bijna 35 jaar.
Er zijn in de loop der jaren meer sleutels gekomen, maar één sleutel blijft de belangrijkste: de sleutel tot samenwerking.
Moge die sleutel tot in de lengte van jaren geolied blijven.
HDM, een fantastisch lustrum zij u namens CCG toegewenst, door   

Ben de Bruin